Fietsen

Fietsbruggetje

Wanner het écht glad is waag ik mij niet op de racefiets. Met die dunne bandjes is dat gekkenwerk. Zelfs extra brede 4 season-banden van Continental veranderen daar niks aan. De laatste keer dat ik mij zulke ernstige gladheid kan herinneren was in de winter van 2018.

Als de pekelwagen is langs geweest en de dooi heeft ingezet waag ik het erop. Alleen op het fietsbruggetje, op weg naar het gepekelde fietspad, ligt nog een dik plakkaat ijs. Onhandig op m’n fietsschoenen met zonder profiel, ga ik voetje voor voetje al schuifelend over het bruggetje. Of eigenlijk begint bij sneeuwval de gladheid al ver voor het bruggetje en gaat het door tot aan de gepekelde wet. Bij elkaar zo’n 150 meter ijsbaan. De gemeente heeft het ijsvrij maken van dit stukje duidelijk niet in de planning staan. lees verder >>

G-voetbal

Vrijdag is het dan eindelijk zover. De jaarlijkse voetbalwedstrijd tegen het G-team van KGB. G-voetbal is voetbal voor mensen met een lichamelijke of verstandelijke beperking. Vorig jaar deed ik voor het eerst mee. Een jaar is net lang genoeg om te vergeten waarom je dit eigenlijk niet moet willen, zonder training en voorbereiding eens per jaar een voetbalwedstrijd spelen. Ik ben al een paar dagen zenuwachtig. De afgelopen week verschenen er elke dag wel nieuwe berichten in de App-groep. Voorpret, zeg maar. Behalve alle ongein had ik sommige berichten maar beter wél kunnen lezen.

Ik ben in goede conditie, fietsconditie wel te verstaan. Van het goede voornemen om in de weken vooraf nog wat looptraining te doen kwam natuurlijk niks terecht. Ik loop nooit hard, waarom zou ik. Ja, in de winter een enkele keer, als ik in de sportschool kom, dan sta ik wel eens op de loopband. Maar dat is het dan ook wel. Van de voetbalwedstrijd van vorig jaar kan ik mij nog herinneren dat twee helften er minsten één teveel was. lees verder >>

Lachen op de fiets

Schrik me de tyfus! Ik fiets windje mee op de vakantiefiets, met een lekker vaartje, en ik wordt ingehaald door een speed pedelec. Die zag of hoorde ik niet aankomen! Zo moeten mensen op de toerfiets zich dus voelen als ik voorbij kom zoeven op de racefiets.

Op de racefiets word ik ook wel eens ingehaald door de snelle variant van de elektrische fiets. maar dan ga ik zelf ook hard. De snelle fietsers vinden dat ze het aan hun (elektrische) stand verplicht zijn om mij in te halen. Maar als ik boven de 30 per uur fiets moeten ze daar wel hun best voor doen. Vijfendertig per uur halen ze wel, maar voor 40 km/uur moet flink worden bijgetrapt.

Als ik in de gaten krijg dat het ze moeite kost om me in te halen ga ik erachter zitten. In de luwte is het voor mij een makkie om ze bij te houden. Op een gegeven moment worden ze dan toch moe en gaat hun snelheid omlaag. Op dat moment zet ik een tandje erbij – of eigenlijk eraf, maar daarover een andere keer – en ga er hard voorbij. En dat vind ik dus erg grappig. Zelfs nu ik het opschrijf lach ik weer hardop in mezelf.

lees verder >>

Tweebenen.nl

BAM!! Gemiddeld 33,7 km per uur. Dat moet een persoonlijk winterrecord zijn. Nieuwe ketting erop, fiets flink gepoetst. De Stages powermeter voorzien van een nieuwe batterij (kolereding hapert nog steeds). Droog wegdek, een sluimerend winterzonnetje, klein beetje wind: ideale omstandigheden voor een rondje Beemster. Voor het eerst weer op de Canyon, sinds heul lang. Op de een of ander manier pak ik het oude Stevens-beestje als ik fiets met knieblessure. Omdat het dan toch niet hard kan, of zoiets.

En nu kon het wel. Bij het warm fietsen werd ik ingehaald door een vijftig-plusser die flink door reed. Maar heel groot werd de afstand niet en het motiveerde mij ook wel om stevig aan te zetten. Toen het tempo van mijn haas omlaag ging haalde ik hem bij. Van Hobrede tot Oosthuizen bleef hij in mijn wiel. Daar ging ik linksaf en hij niet. Mijn gemiddelde stond op 33 per uur, terwijl de wind schuin tegen was. Daarna lukte het om het tempo 43 km lang vast te houden.

Laatste keer dat ik in een eenzaam rondje zo hard gefietst heb was in juni. De dag daarna lag mijn knie finaal in de kreukels. Maar dat was nog in het eenbenige tijdperk. Nu fiets ik met twee benen. Dus ik hoop op een betere afloop. En anders heb ik in ieder geval één winterse dag in januari heel erg genoten.


Rondje Wijk aan Zee

Zon, wind en hagel. Op een winterse dag tussen kerst en oud en nieuw. Eindelijk weer pijnvrij geniet ik van elke kilometer. Het zijn er 77 deze keer. Van hagel word je niet nat, dat scheelt. Een oud en vertrouwd rondje door de duinen. Bij Wijk aan Zee linksaf, terug dwars door Zaandam. Ik bewonder veel te dure auto’s in Poelenburg. Met verzuurde benen zet ik nog even aan vlak voor het bochtige stukje in het Twiske. Wind mee bereik ik een topsnelheid van net geen 50 km per uur. Dat kan harder. Op Zwift verpulverde ik dinsdag nog mijn record op de sprint met 816 Watt. Bijna 150 Watt meer dan mijn vorige maximale vermogen, van toen ik nog in topvorm was. En dat na bijna een jaar blessureleed. Dat verschil is het resultaat van vier maanden onafgebroken twee keer per week krachttraining in de sportschool. Dodelijk saai, maar mijn linkerbeen doet weer mee. Mijn kuit heeft weer vorm en lijkt weer op een kuit. En toch is de kracht nog amper de helft van mijn goede rechterkant. Het gaat lang.zaam. Nog drie maanden stug volhouden en ik ben klaar voor mijn beste seizoen ooit.

Ik kan weer fietsen

Durf het bijna niet hardop te zeggen, MAAR IK KAN WEER FIETSEN!!! Na ruim zes weken blessureleed. Dat was wel even slikken. Als je gewend bent om elke week gemiddeld 225 km te fietsen, gemiddeld 8 uur per week op de fiets te zitten en al twee jaar lang 10.000 km per jaar fietst.

Als ik met Ellen een weekje op vakantie ben, dan heb ik het al zwaar na drie dagen. Dan moet er toch echt ergens iets gevonden worden waarop ik een stukje kan fietsen. Onmiddellijk! Een antieke mtb of piepende krakende toeristenfiets, als er maar gefietst kan worden. Na zes weken blessureleed piep ik wel anders. Ik raak totaal van slag. Ik wordt chagrijnig, heb minder energie en mijn eetpatroon begrijpt mij niet. Als je blijft eten wat je gewend was kom je per week wel een kilo aan, omdat je al die calorieën niet meer verbrandt. Daar ben ik te ijdel voor, dus zit ik al een paar weken aan de bonen, sla, linzen, rauwkost en meer van die gezonde bende zonder koolhydraten. Best lekker. Zeg ik vooral om mijzelf te overtuigen. lees verder >>

Buiten fietsen met de OKP

Zwift is leuk, maar buiten fietsen is nog veel leuker. Zeker op zondag, met de Oostzaanse kerkploeg. Die zo heet, omdat er wordt verzameld bij de kerk in Oostzaan. Maar dat is logisch. Verslag van een heroïsch ritje. In opdracht van Paul, want volgens Paul schrijft de winnaar het verslag.

Vandaag heb ik de kerk niet gezien. We verzamelden met de Purmerendse bende bij de Melkwegbrug. Om stipt 9.30 uur vertrokken Renzo, Percy, Peter en ik richting Oostzaan. Via de Melkweg richting Purmerland en ergens bij een fietsviaduct moet ik door glas zijn gereden. Terwijl de rest doorfietste had ik ongeveer 20 minuten de tijd om mijn binnenband te vervangen. Ik haalde een scherp stuk glas van bijna een centimeter lang uit mijn band. Met een klein rotpompje duurde het tien minuten voordat ik de nieuwe band enigszins op spanning had gekregen. Ondertussen was Olaf aan komen rijden. Vanwege een blessure zou Olaf met de B-ploeg meerijden. Maar hij bedacht zich en we reden samen richting Oostzaan. Vlak voor Oostzaan kwam het peloton aangeraasd, ze hadden er zin in. We hadden maar net genoeg tijd om te keren en moesten even flink aanzetten om te kunnen volgen. lees verder >>

Zwiften

Als ik thuis kom van werk is het donker. Ondanks goede verlichting op de racefiets vind ik het niet prettig om in het donker te fietsen. Ook de kou maakt het minder aantrekkelijk om op de fiets te stappen. Drie lagen fietskleding, muts, col, handschoenen en overschoenen, voordat ik ben aangekleed ben ik een half uur verder. En als ik na zo’n winterse tocht thuis kom ben ik soms zo verkleumd dat het de rest van de dag duurt om weer op te warmen. Op zoek dus naar een alternatief.

Ik heb vroeger ooit eens een hometrainer gehad. Na een half uur op dat kreng had ik het dan helemaal gehad. Daar hielp geen muziek of televisieserie tegen, ik vond het doodsaai. Maar nu is er Zwift en stap ik iets minder noodgedwongen op de Tacx. Sterker nog, ik geloof dat ik er een beetje verslaafd aan ben. Gameverslaafd dat is. Zwift is een virtuele fietswereld, een computergame die je koppelt aan je Tacx via ANT+ of Bluetooth. Je tegenstanders komen van over de hele wereld, van Japan tot Nieuw Mexico en van Zweden tot Zuid Africa. Net als jij zitten ze zich op een zolderkamer in het zweet te trappen. lees verder >>

Archief